Koffie en Jemen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, als twee oude vrienden die elkaar door de eeuwen heen hebben versterkt. Terwijl de meeste mensen bij koffie denken aan de glooiende heuvels van Brazilië of de uitgestrekte plantages van Ethiopië, ligt de ware bakermat van deze geliefde drank in de droge, bergachtige streken van Jemen. Hier, tussen ruige plateaus en eeuwenoude stadjes, begon een cultureel en economisch fenomeen dat de wereld zou veranderen.
Hoe kwam koffie vanuit Jemen in de rest van de wereld terecht?
In de schaduw van de Arabische wereld groeide in de 15e eeuw een bescheiden handelsnetwerk rond een bittere drank die monniken wakker hield tijdens hun nachtelijke gebeden. Het waren de soefi’s, islamitische mystici, die als eersten de stimulerende eigenschappen van koffie ontdekten en deze begonnen te gebruiken als hulpmiddel bij hun meditaties. Jemenitische handelaren zagen al snel het potentieel van deze nieuwe drank en begonnen de koffiebonen te exporteren via de havenstad Mokha, een naam die tot op de dag van vandaag synoniem is met rijke, kruidige koffie.
Vanuit Mokha vond de koffie zijn weg naar het Ottomaanse Rijk en verder naar Europa, waar handelaren uit Venetië als eersten de nieuwe drank introduceerden bij nieuwsgierige consumenten. In de 17e eeuw bloeide de koffiehandel en ontstonden er in steden als Londen en Amsterdam de eerste koffiehuizen. Ironisch genoeg was het precies deze populariteit die het monopolie van Jemen deed wankelen. Handelaren begonnen namelijk koffieplanten mee te smokkelen naar andere delen van de wereld, wat uiteindelijk leidde tot de enorme koffie-industrie die we vandaag kennen.
Wat maakt Jemenitische koffie zo bijzonder?
Jemenitische koffie heeft een karakter dat je niet snel ergens anders vindt. De unieke combinatie van terroir, traditionele verwerkingsmethoden en de eeuwenoude cultuur rond koffieteelt geven de bonen een uitgesproken smaak. De koffiestruiken groeien in kleine, terrasvormige plantages op grote hoogte, zonder irrigatiesystemen. Dit betekent dat de planten afhankelijk zijn van de weinige regenval en dat de bonen langzaam rijpen, wat resulteert in een geconcentreerde, complexe smaak.
Een ander aspect dat de smaak beïnvloedt, is de droge verwerkingsmethode. Terwijl in andere koffielanden de bonen vaak gewassen worden, laat men in Jemen de koffiebessen in de zon drogen, wat een diepe, fruitige en soms licht gefermenteerde smaak oplevert. Denk aan tonen van gedroogde abrikoos, chocolade en zelfs een vleugje wijn. Het is een smaakprofiel dat je niet snel zult tegenkomen in massaproductie-koffies.
Persoonlijk vind ik dat de magie van Jemenitische koffie niet alleen in de smaak zit, maar ook in het verhaal. Het besef dat je een kopje drinkt van een plantage waar generaties lang koffie is geteeld op precies dezelfde manier als honderden jaren geleden, voegt een bijna nostalgisch element toe. In een tijd waarin zoveel koffieproductie wordt gedreven door efficiëntie en massaproductie, is Jemen een levend museum van hoe koffie ooit was.
Waarom dreigt de Jemenitische koffie te verdwijnen?
Helaas staat de koffieteelt in Jemen onder zware druk. Het land is al jaren verwikkeld in een verwoestende burgeroorlog, wat niet alleen een humanitaire ramp veroorzaakt, maar ook de economie en landbouw ernstig aantast. Kleine boeren hebben moeite om hun koffie te verbouwen en te exporteren, en veel jonge Jemenieten verlaten de traditionele koffieteelt voor alternatieve inkomstenbronnen.
Daar komt bij dat de infrastructuur grotendeels is ingestort. Wegen zijn onveilig, havens functioneren nauwelijks en transport is een uitdaging. Hierdoor wordt het steeds moeilijker om Jemenitische koffie op de internationale markt te krijgen. En als het al lukt, is de koffie door de hoge kosten vaak veel duurder dan vergelijkbare bonen uit bijvoorbeeld Ethiopië of Colombia.
Toch zijn er initiatieven die proberen om de Jemenitische koffie te redden. Kleine coöperaties en internationale organisaties zetten zich in om boeren te ondersteunen, eerlijke handelsroutes op te zetten en de authentieke Jemenitische koffie te promoten als een nicheproduct. Als koffieliefhebber voelt het bijna als een morele plicht om, wanneer de kans zich voordoet, een zakje Jemenitische koffie te kopen en zo een stukje van deze eeuwenoude traditie in stand te houden.
Hoe proef je Jemenitische koffie op de beste manier?
Als je de kans krijgt om echte Jemenitische koffie te proeven, dan verdient die een speciale behandeling. Dit is geen koffie om achteloos in een thermoskan te gieten en gedachteloos naar binnen te slokken tijdens een drukke ochtend. Dit is een koffie die je moet respecteren, bijna zoals je een goede wijn of whisky zou benaderen.
Een traditionele manier om Jemenitische koffie te drinken, is als “qishr” – een infusie gemaakt van de gedroogde schil van de koffieboon, gemengd met kruiden zoals gember en kaneel. Het resultaat is een warme, kruidige drank die meer weg heeft van thee dan van de klassieke espresso.
Voor wie de bonen zelf wil zetten, is een eenvoudige filtermethode ideaal. Een V60 of Chemex brengt de complexe fruittonen goed naar voren. Gebruik water dat net van de kook af is en maal de bonen vers – Jemenitische koffie verdient niets minder dan dat. De smaak kan variëren van rijk en chocoladeachtig tot bijna wijnachtig met een subtiele zuurgraad. Het loont dus de moeite om te experimenteren met verschillende zetmethodes.
Wat mij betreft, zou iedereen die zichzelf een koffieliefhebber noemt minstens één keer een kop Jemenitische koffie moeten proberen. Niet alleen om de smaak, maar ook om het verhaal. Om te weten waar koffie vandaan komt, hoe het ooit begon en welke reis het heeft afgelegd om de drank te worden die we vandaag zo vanzelfsprekend vinden.
Jemen en koffie zijn met elkaar verweven in een geschiedenis die even fascinerend als bitterzoet is. De toekomst van Jemenitische koffie mag dan onzeker zijn, maar zolang er mensen zijn die de waarde ervan inzien en bereid zijn om de traditie te steunen, is er hoop dat deze eeuwenoude drank niet alleen een herinnering blijft, maar ook een toekomst heeft.